We hangen vast in onze routine. Elke fotograaf kent het: ooghoogte, f/8, gouden uur. Veilig, maar ook saai. De echte magie gebeurt juist als je iets anders doet. Je comfortzone houdt je tegen. Hij fluistert in je oor: "Gebruik die 50mm weer, die werkt altijd." "Ga niet te dicht bij dat model staan." "Wacht op het perfecte licht." Het resultaat? Foto's die goed zijn, maar niet bijzonder.
Kijk naar de meesters. Vivian Maier fotografeerde vanuit heuphogte omdat ze lang was en anders naar beneden keek. Henri Cartier-Bresson sprong letterlijk over plassen heen voor de juiste hoek. Diane Arbus ging zo dicht bij haar onderwerpen staan dat het ongemakkelijk werd. Zij begrepen dat comfort de vijand is van authenticiteit.
Het beginnen is makkelijk. Fotografeer een week lang alleen vanaf de grond. Gebruik alleen daglicht als je gewend bent aan flitsers. Ga zo dichtbij staan dat het raar voelt. Het lijkt verkeerd, maar daarom werkt het juist.
Die rare spanning die je voelt? Dat zijn je hersenen die iets nieuws proberen. Als je stopt met altijd hetzelfde te doen, krijg je betere ideeën. Elke oude gewoonte die je doorbreekt, geeft nieuwe kansen.
Het gekke is dat je door te proberen uiteindelijk betere gewoontes krijgt. Gewoontes die je zelf kiest, niet uit angst. De fotograaf die durft te proberen, vindt nieuwe dingen. De rest blijft hetzelfde doen.
Goed fotograferen is geen talent. Het is durf. Durf om je veilige plek te verlaten en iets nieuws te proberen. Want alleen als je fouten durft te maken, maak je foto's die opvallen.

Reactie plaatsen
Reacties